Re: Hoezo Geen Fossiele Tussenvormen?
Kees - 9-1-2007:
Hoi Fedor,
Nog bedankt voor je snelle reactie op de bacteristam. Ik hoop daar later nog op terug te komen. Nu ik heb ik bij de fossiele tussenvormen zitten kijken en, je raad het natuurlijk al, ook daar bekroop mij een vragend gevoel. Wat ik me namelijk afvroeg, wat zou een vis hebben bewogen om op eigen initiatief zichzelf te veranderen in een landdier met de daarbij behorende tussenvormen. Ik vind dat namelijk helemaal niet logisch. Voor zover ik weet is de eerste levensbehoefte van een vis zuurstofrijk water. Als dit niet aanwezig is gaat een vis, of ander water zoeken, of dood. Klopt dit, ik ben namelijk niet thuis in deze materie, maar een beetje logisch redenerend lijkt me dat zo. Het lijkt me dat een vis gewoon het liefst vis is of niet soms? Of kunnen we bijvoorbeeld bij de haring gaan verwachten dat er vanzelf messen op gaan groeien om de netten door te snijden omdat er veel op ze gevist word? Dit is niet om te zeuren maar ik snap dit gewoon niet.
Groeten
Kees
Antwoord (9-1-2007):
Dag Kees,
Een hele redelijke vraag, natuurlijk, maar niet één waarop er van alles van het antwoord erop afhangt.
Of wij ons nu persoonlijk kunnen voorstellen, of niet, hoe of waarom een bepaalde ontwikkeling zich heeft voltrokken, doet er niet toe. Ons persoonlijk voorstellingsvermogen mag nooit een maat voor de werkelijkheid zijn. Als we het empirisch bewijsmateriaal volgen, dan kunnen we alleen maar concluderen dat het blijkbaar gebeurd is. Alleen al de vondsten van deze fossiele overgangsvormen bevestigen dit.
Dat wil niet zeggen, dat men er over heeft na zitten denken over wat bepaalde vissen heeft bewogen zich op het land te begeven. In de eerste plaats is het water nu juist het zuurstofrijkst dicht bij het oppervlak, omdat de lucht veel meer zuurstof bevat dan water. Iets waar veel moderne longvissen bijvoorbeeld nog steeds gebruik van maken. Droogt de poel uit, waarin ze leven, nou, dan kruipen ze gewoon naar de volgende poel of graven zich in de modder in, terwijl ze kunnen blijven ademhalen.
Ook is voedsel iets wat de viervoeters uit het water gelokt kan hebben. Toendertijd zwermde het van de insecten op het land, maar er waren geen grote insecteneters. Een overvloed van voedsel is een sterke drijfveer. Moderne slijkspringers zijn vissen die zich tijdens eb in de mangrovebossen blijven om voedsel te zoeken en te paren.
Nu zullen haringen zich niet zomaar mesjes ontwikkelen om beter uit netten te komen. Er is een intense selectiedruk die honderdduizenden of miljoenen jaren aanhoudt. Maar uiteindelijk zullen wel die eigenschappen die helpen met ontsnappen steeds sterker ontwikkeld worden. Wie weet waar de natuur op komt...
Groeten,
Fedor
